Deze les stond in het teken van de verschillende typen landingen. Na een paar normale circuits, hebben we een aantal ‘simulated engine failures’ gedaan. Vanuit verschillende plekken en lokaties werd de motor op ‘idle’ gezet en was het zaak om veilig terug te keren naar het vliegveld en te landen. Dit is nog niet makkelijk, want zonder power verlies je aardig snel hoogte. Dus is het zaak om het vliegtuig op de ‘best gliding speed’ te zetten en dan op een gecontroleerde manier het vliegveld te bereiken. Inschatten van hoogte, windrichting en dergelijke speelt dan ineens heel sterk mee.
Zoals mijn instructeur zei: “bij het oefenen van noodprocedures leer je pas echt vliegen”. Ik denk dat dat wel klopt, omdat dan het inzicht veel meer begint te tellen.
Na de nagebootste noodlandingen een precisie landing, waarbij je binnen 50 meter van het aangegeven punt moet kunnen landen. Helaas landde ik net iets te vroeg.
Als laatste hebben we nog een flapless landing gemaakt. Je komt dan sneller aanvliegen (en zeker vergeleken met de precisie landing), dus die ging niet 100 %; we kwamen wat schuin neer waardoor het toestel eventjes over de grond slipte.
Al met al een zeer interessante les, een hoop nieuwe dingen geleerd.